Jordan Pleskow   Maria van Bourgondië   Mariken van Nieumeghen   Albrecht Dürer   Maarten van Rossum

Hugo de Groot   Christina van Zweden   Maria Anna en Charles Alexander   Adriaan van der Willigen   Lodewijk Napoleon

-› -› -› In 1809 maakte koning Lodewijk Napoleon een rondreis door de departementen Brabant en Zeeland van het Koninkrijk Holland. Hij was drie jaar daarvoor door zijn broer Napoleon Bonaparte als koning in Holland aangesteld. De reis, die van 13 april tot en met 18 mei duurde. was dus een echte kennismakingsreis. De langste en intensiefste rondreis die ooit door een vorst in Holland is gemaakt, merkt Hans van den Eeden op in zijn boek ‘Leve de koning!’ dat over dat charme-offensief gaat. Lodewijk Napoleon doorkruiste beide departementen tot in alle uithoeken, en stelde zich onvermoeibaar overal van de situatie op de hoogte.

Koning Lodewijk Napoleon is de laatste in onze galerij van roemruchte reizigers die over het Marikenpad gingen. De route was al twee eeuwen op zijn retour. En weldra zouden nieuwe wegen worden aangelegd die de oude zandpaden ten westen van ‘s-Hertogenbosch aan de vergetelheid zouden prijsgeven. Maar het oude traject Oisterwijk – Haaren – Helvoirt – ‘s-Hertogenbosch had in 1809 regionaal nog wel betekenis. Het zou de belangrijkste verbinding tussen Tilburg en ‘s-Hertogenbosch blijven, totdat enkele jaren later onder koning Willem I de nieuwe straatweg langs Enschot die rol zou overnemen.

Het traject Oisterwijk – ‘s-Hertogenbosch is trouwens het enige stukje Marikenpad dat Lodewijk Napoleon nodig had om zijn rondrit door Brabant tot een succes te maken.

Op 18 april was hij pas een paar dagen onderweg, maar hij was al in heel wat Brabantse plaatsen geweest. Achtereenvolgens Grave, Cuijk, St. Agatha, Beugen, Boxmeer, St, Antonis, Gemert, Beek, Aarle, Croy, Stiphout, Helmond, Mierlo, Geldrop, Stratum, Eindhoven, Oirschot, Tilburg en Rijen. Vandaar ging het naar Oisterwijk.

Daar had hij een belangrijke beslissing te nemen. De predikant weigerde de Petrus-kerk aan de katholieken over te dragen. Volgens de nieuwste bepalingen van de koning zou de hoofdkerk van elke gemeente naar het grootste kerkgenootschap moeten gaan. De Oisterwijse katholieken hadden daarom hun hoop op de koning gesteld, en kregen hun zin.

Via Haaren ging het daarna naar de departementale hoofdstad ‘s-Hertogenbosch. Op dat traject moet de koning over het Marikenpad zijn gereisd.

‘s-Hertogenbosch was helemaal versierd met erebogen, sparren- en dennenbomen en guirlandes. De koning logeerde in het paleis van de landdrost de la Court, het huidige Noord-Brabants Museum. Hij verbleef er van 18 april tot 22 april, en bezocht vandaaruit kerken, instellingen, ondernemingen en het stadsbestuur.

(Informatie over het verloop van de reis ontleend aan het boek ‘Leve de koning! Lodewijk Napoleon op reis door Brabant en Zeeland’ door Hans van den Eeden, Brandarispers 2009.)